Mensen hebben de neiging om te veel te vertrouwen op hun eigen zintuigen. Gedacht wordt dat wat we waarnemen wel waar zijn. Soms – en dit verschilt weer van persoon tot persoon – schiet onze waarneming echter te kort. Zonder dat we het doorhebben. Zonder dat we vragen stellen bij onze waarneming. De kennis die we hebben – en we meenemen in onze oordeelsvorming – kan hierdoor minder betrouwbaar zijn dan we vermoeden.

Voorbeeld 1
Staan de twee torens van Pisa even scheef?



De kunst van het stellen van vragen bij je waarnemingDe kunst van het stellen van vragen bij je waarneming
       


Veel mensen menen dat torens niet even scheef staan. De rechtertoren staat schuiner. Toch is deze waarneming niet correct. De torens staan even scheef.
 
Voorbeeld 2
Een bekend voorbeeld is het verkeerd inschatten van lengte. De achtergrond van iemand maakt dat we soms de lengte van een persoon verkeerd inschatten. Als een persoon voor een flatgebouw staat, schatten we de man of vrouw kleiner in dan wanneer de persoon naast een kind stond [1]. Een oordeel gebaseerd op deze kennis – bijvoorbeeld van een getuige die stelt dat de persoon die betrokken was bij een winkeldiefstal ongeveer 1.80 meter was – kan hierdoor minder betrouwbaar zijn.

Voorbeeld 3
Mensen die in de mist een auto besturen, schatten in het algemeen hun snelheid niet goed in. Ze gaan vaak harder dan ze denken dat ze gaan. Door de mist letten ze namelijk nog beter op het zicht – steekt er niet iemand over? – waardoor ze minder op de snelheidsmeter kijken. De snelheid wordt vervolgens geschat en ondanks de mist gaat dit niet goed. Veel mensen rijden hierdoor harder dan ze denken [2]. Een oordeel – bijvoorbeeld van een automobilist die aangeeft niet te hard gereden te hebben want hij heeft het zelf gezien – kan hierdoor niet correct zijn.
 
Al zijn in de literatuur meer voorbeelden bekend die de beperkingen van onze zintuigen aantonen, toch hebben maar weinig mensen in de beroepspraktijk met oordeelsvorming te maken waar het op dergelijke kennis aankomt. Maar blijf desondanks alert. Je eerste waarneming - toen je nog kind was - gaf je mogelijk het idee dat de aarde plat was, je leerde later waarschijnlijk dat de aarde een bol was terwijl uiteindelijk de aarde afgeplat bolvormig is.

__________

[1]
Een specifieke variant van het verkeerd inschatten van lengte zie je terugkomen in de zogenaamde Ames-room. Dit is een optische illusie waarbij een kamer zo is geconstrueerd alsof het lijkt dat mensen in lengte verschillen terwijl dit niet het geval is. Een zoekactie op internet naar Ames-room levert al snel mooie voorbeelden op.

[2]
Snowden, R. J., Stimpson, N.,  en Ruddle, R. A., Speed perception fogs up as visibility drops, in: Nature, 1998, Vol 392 (450).