Samen met studenten doen we onderzoek naar in hoeverre rechters, politici en leden van ondernemingsraden het vermogen hebben (en indirect gefaciliteerd worden) om de juiste vragen te stellen teneinde te komen tot zo goed mogelijke oordelen / oordeelsvorming.

De kunst van het stellen van vragen: onderzoekWe richten ons op diverse vraagstukken. In willekeurige volgorde en niet volledig kijken we naar:
  • Meest algemeen: wat maakt - in het beroepenveld of voor een beroepsbeoefenaar (dan wel betrokkenen) - een vraag de juiste vraag of een goede vraag en welke criteria kunnen hiervoor zowel in theorie als in de praktijk voor onderkend worden?
    • Wat is een vraag?
    • Wat is het doel van vragen stellen (binnen praktijk X)?
    • In hoeverre spelen de ideeĆ«n van de persoon die bevraagd wordt een rol?
      • In hoeverre speelt de invloed van een vraag op de communicatiestijl een rol?
        • Wanneer past - gezien het doel van de praktijk - bijvoorbeeld een conversationele vraagstijl beter dan een interviewstijl?
    • Wanneer is een vraag de juiste vraag of een goede vraag?
      • Is er een verschil tussen de juiste vraag en een goede vraag?
      • Wat is het doel van vragen stellen?
    • Welke soorten vragen zijn er?
      • Kunnen vragen op basis van deze indeling duidelijk van elkaar worden onderscheiden of is er een grijs gebied / staan ze op een continuĆ¼m?
      • In hoeverre kunnen deze soorten bepalend zijn voor de waarde van een vraag?
  • In hoeverre zijn de drie beroepen gezien hun beroepenvelden met elkaar vergelijkbaar? Op welke criteria kunnen de beroepenvelden met elkaar vergeleken worden? Wat doet de beroepenvelden van elkaar verschillen?
  • In hoeverre zijn de drie beroepen bij de uitoefening van het vak met elkaar vergelijkbaar? (en welke factoren zijn hierbij relevant)?
  • In hoeverre hebben de omstandigheden waarin de beroepsbeoefenaren hun vak uitoefenen invloed op de gestelde vragen?
  • In hoeverre worden de beroepsbeoefenaren tijdens hun opleiding getraind in het stellen van vragen? Waaruit bestaat deze training / opleiding?
  • Welke vraagtypologieĆ«n en vraagtraingen zijn - mogelijk per beroepenveld - relevant?
  • In hoeverre moeten ook de oordelen van de beroepsbeoefenaren zelf worden meegenomen (en worden bevraagd) om de kwaliteit van een vraag te kunnen vaststellen?
  • In  hoeverre zijn de professionals bevooroordeeld in het stellen van vragen?
    • Zijn rechters bijvoorbeeld inderdaad goed in het stellen van niet-suggestieve, onbevooroordeelde vragen zoals Vrakking hier stelt?
  • ...
  • ..
  • .

Voor vragen over dit onderzoek kan altijd contact met ons worden opgenomen.