Bijna iedereen weet wat ik bedoel als ik het woord 10-minutengesprek laat vallen. Daar hoef je zelfs geen ouder voor te zijn. In de meest traditionele vorm - want je ziet dit wel veranderen - is het 10-minutengesprek het gesprek waarop de ouders van de juf of meester krijgen te horen hoe het met hun kind gaat.

Vaak verloopt een 10-minutengesprek (of kwartiergesprek) vrij eenzijdig en concreet: het kind staat centraal. Leert hij of zij goed? Loopt de leerling in de pas met andere leerlingen? Hoe is het gedrag van het kind? Et cetera. Het handelen van de juf of meester is hierbij logischerwijs minder snel het onderwerp. Hooguit als iets niet goed verloopt, zal de inbreng van de leerkracht bevraagd worden (en alvast een tip: ga niet verwijten; dit werkt eerder contraproductief; dit in tegenstelling tot het stellen van vragen).

Zittend op een laag stoeltje tikt ondertussen op de achtergrond de klok: de volgende ouder staat al weer klaar voor zijn of haar 10-minutengesprek. Beperkte diepgang, matige omstandigheden, tijdsdruk: kunnen we dit gesprek niet beter afschaffen? Wat mij betreft is dit nog een stap te ver.  

Laten we beginnen met het stellen van betere vragen.

 
De kunst van het stellen van vragen tijdens een 10-minutengesprek


Stel betere vragen tijdens het 10-minutengesprek
 
Ben je ouder en heb je binnenkort een gesprek met een leerkracht over je kind? Bedenk van te voren wat je wilt vragen aan de leerkracht. Maak bij voorkeur een vragenlijst voor het 10-minutengesprek. Een lijst die je natuurlijk gewoon kunt meenemen naar het gesprek met de leerkracht. Dit geeft het gesprek direct meer diepgang. Aan welke vragen je dan kunt denken, zal ik hieronder uitwerken.

Maar eerst nog even iets over de context. Maak van het 10-minutengesprek geen kruisverhoor. Je bent geen politie-agent. Ook geen journalist. Begin dan ook niet direct met het stellen van de lastigste vragen maar probeer eerst te zorgen voor een positieve sfeer. De leerkracht zal hierdoor minder snel in de verdediging schieten.


De kunst is tevens om de juf of meester als iemand te zien die ook het goede van je kind voorop heeft staan. Beschouw de leerkracht als professional. Wees je namelijk ervan bewust dat als je van te voren je twijfel over het functioneren van de leerkracht laat zien of deze twijfel laat doorklinken in je vragen, dat het niet snel een goed, wederkerig gesprek zal worden. De vraag is of dit voor de leerling wenselijk is.

Concrete vragen: voorbeelden

Hieronder vind je een overzicht van vragen die relevant kunnen zijn voor een 10-minutengesprek. De leerkracht wordt in deze vragen met JE aangesproken. Daarnaast spreek ik voor de leesbaarheid over een jongetje. Pas de vragen echter natuurlijk aan naar eigen behoefte en context (bijvoorbeeld naar de u-vorm). Gebruik sowieso woorden en een intonatie die bij jou en de leerkracht passen. Ook kun je van gesloten vragen open vragen maken en andersom (afhankelijk van het moment in het gesprek heeft soms een open en soms een gesloten vraag de voorkeur). Van sommige vragen heb ik een aantal betere varianten beschreven.

Vragen die het kind beschrijven
(dit zijn vragen die we, zoals hierboven beschreven, vaak van nature wel stellen)
  • Vertelt hij veel uit zichzelf?
  • In hoeverre stelt hij veel vragen?
  • Heeft hij veel vriendjes / vriendinnetjes?
  • (beter) Met welke vriendjes / vriendinnetjes gaat hij op school veel om?
  • Wordt hij gepest? Pest hij andere kinderen?
  • (beter) Hoe gedraagt hij zich in de pauze?
  • (beter) Hoe gedraagt hij zich naar andere kinderen toe?
  • In hoeverre neemt hij ook soms het initiatief / de leiding?
  • Durft hij fouten te maken?
  • Ruimt hij zijn eigen spullen op?
  • In hoeverre is hij aanwezig?
  
Verhelderende vervolgvragen
  • Wat bedoel je met (aanwezig / druk in de klas / schuw / verlegen / ...)
  • Heb je een (recent) voorbeeld?
  • Kun je dit verklaren?
  • Was dit in het verleden anders?
  • Waarom wil je dit weten? Waarom vraag je dit? (als een leerkracht iets vraagt waarvan je het niet meteen duidelijk is waarom deze vraag wordt gesteld)

Evaluatieve / oordelende / vergelijkende vragen
  • Hoeveel slechter / langzamer / beter / sneller is dit vergeleken met de norm / andere kinderen van zijn leeftijd / ... ?
  • In hoeverre moet ik me hier zorgen over maken?
  • Als je dit zo zegt, moet ik hieruit afleiden dat dit niet goed / wenselijk / ... is?
  • Hoe verhoudt zijn kennis in taal / rekenen / ... zich tot andere kinderen?
  • Is dit afwijkend ten opzichte van andere kinderen?

Afstemmingsvragen tussen leerkracht - ouder
  • Hoe ben je / is de school dit van plan aan te pakken?
  • Wat kan ik doen om hem hierbij te helpen?
  • In hoeverre vraagt dit om extra inspanning van hem of van ons buiten school?
  • In welke mate verwacht je van ons nog iets?

Vragen over wat gaat komen
  • Wat verwacht je van hem dit komende schooljaar? 
  • Wat moet hij voor een goede voortgang aan het eind van het jaar weten, kunnen, ...?
  • Zijn er nog belangrijke gebeurtenissen / momenten waar ik dit jaar rekening mee moet houden?
  • Stel het gaat het komende halfjaar niet goed; wanneer trek je aan de bel / hoe krijg ik dit te horen?

Vragen over het handelen van de leerkracht / school
(komen helaas zelden aan bod)
  • Welke methode gebruikt u  (voor taal, rekenen, schrijven, ...)?
  • Welke werkwijze gebruikt u als hij / nu hij achterloopt met taal, rekenen, ...?
  • Wat zou ik van deze methode of werkwijze moeten weten?
  • Hoe handelt u eigenlijk als mijn kind het lastig heeft / gepest wordt / moeite heeft met rekenen, taal, zijn motorische ontwikkeling, ...?
  • Waar ligt uw focus gezien de klas? Op sociale ontwikkeling, op taal, op ... ?
  • Op welke manier (en op welke momenten) toetst u de voortgang?
  • In hoeverre toetsen deze toetsen de daadwerkelijke voortgang?
  • Hoe zijn deze toetsen vormgegeven?
  • Als hij uit school komt, welke vragen zou ik dan het beste kunnen stellen? Waarnaar zou ik het beste kunnen vragen?
  • In hoeverre lukt het u om de les af te stemmen op individuele leerlingen / mijn zoon?
  • Welke plaats heeft ICT binnen de lessen?
  • Welke apps / toepassingen / boeken / ... zou u aanbevelen om thuis in te zetten?

Ter afronding?
  • Is er misschien een relevante vraag die andere ouders wel soms stellen maar ik nu niet?
  • Ben ik iets vergeten?

Tot slot
Het is weinig zinnig om alle vragen die ik hierboven heb gegeven aan de orde te laten komen. Kies daarom welke vragen je wilt stellen. Maak voor niet gestelde vragen eventueel een vervolgafspraak. Veel leerkrachten zijn wel geneigd om een afspraak te maken. Doe dit ook als je naar aanleiding van het gesprek nieuwe vragen hebt (inderdaad, als je 's avonds of 's ochtends onder de douche staat bedenk je ineens iets wat je niet hebt gevraagd en nu wel wilt weten). Als de antwoorden die je hebt gekregen ondertussen de vorm hebben van afspraken, overweeg dan om deze vast te leggen en deze ter bevestiging een kopie aan de leerkracht sturen.

Aanvullingen, andere vragen, tips? Welkom!